Startsein voor dakrenovatie ‘paleis op de Dam’

Het dak en de toren van het Koninklijk Paleis Amsterdam zijn toe aan een opknapbeurt. Het afhijsen van de windvaan vormt het startsein. ‘We willen zo dicht mogelijk bij het origineel komen.’

Vergroot afbeelding Afhijsen windvaan Koninklijk Paleis Amsterdam
Beeld: Tineke Dijkstra

Het Koninklijk Paleis Amsterdam is gebouwd om te imponeren. Dat doet het nu al, laat staan als stadhuis in de zeventiende eeuw. Toen stonden er geen andere grote panden rond de Dam, op de Nieuwe Kerk na. Restauratiearchitect Hans Vlaardingerbroek: ‘De zeventiende eeuw is ondanks latere wijzigingen de belangrijkste fase van dit gebouw en we willen dat het paleis dat ook uitstraalt. Met deze dakrenovatie willen we zo dicht mogelijk bij het origineel komen.’ 

Het origineel is niet wat je vandaag de dag ziet, wanneer je naar het dak kijkt. De koperen torenkoepels en de beelden, waaronder de beroemde Atlas met de wereldbol op zijn schouders, zijn het meest veranderd. Oorspronkelijk waren ze namelijk niet mintgroen, dat komt door oxidatie. Vlaardingerbroek: ‘Eind 18e eeuw werd het grote koepeldak bedekt met leien. Het grappige is dat ze de leien in 1920 weer hebben verruild voor koper: mintgroen was toen namelijk erg in de mode en daarom wilde men dat kleurbeeld creëren. Maar het duurde jaren, voordat het zover was.’

Amsterdams wapen

De toren is honderd jaar geleden flink onder handen genomen. ‘Het onderste gedeelte van de eikenhouten kapconstructie is in de jaren twintig vervangen door beton om de toren opnieuw stabiliteit te geven. In de verankeringen van natuursteen is roestvorming ontstaan en dat gaan we herstellen. Ook de koepels krijgen een nieuwe bedekking en zullen daarna niet meer mintgroen zijn’, lacht Vlaardingerbroek.

Vergroot afbeelding Windvaan Koninklijk Paleis Amsterdam renovatie 1924
Beeld: Stadsarchief Amsterdam, 1924
Tijdens de renovatie van honderd jaar geleden is de windvaan ook hersteld maar niet verguld: mintgroen was in de mode.

De windvaan beeldt een bootje uit, een koggeschip, met daarin een militair, een schipper en 2 vlaggen met kruizen erop, het wapen van Amsterdam. Vlaardingerbroek: ‘De windvaan is origineel en staat al op het dak sinds 1665. Hij is van koper met ijzer aan de binnenkant voor stabiliteit en dat ijzer is gaan roesten. We laten de windvaan herstellen en natuurlijk weer opnieuw vergulden.’ Wanneer de dakrenovatie af is, zal het koggeschip boven op de toren weer flink schitteren in het zonnetje. Tot die tijd zal de gerenoveerde windvaan onderdeel zijn van de aankomende zomertentoonstelling Hoog! Kijk omhoog. Een dak vol verhalen in het Koninklijk paleis.

Vergroot afbeelding Windvaan Koninklijk Paleis Amsterdam eraf voor renovatie 2023
Beeld: Tineke Dijkstra
De windvaan is veilig geland en zal nu gerenoveerd worden.

Reinigen zandsteen

Het paleis is gebouwd in zandsteen en dat geldt ook voor de toren. Die wordt gereinigd en waar nodig hersteld. Zo is de toren versierd met sierlijke bloemenlinten, de festoenen, die door vervuiling helemaal zwart zijn geworden. Tijd voor een ‘scrubbeurt’: ‘We reinigen het zandsteen door er met heel lage druk een soort zand, aluminium silicaat, tegenaan te spuiten. Deze methode is bij de gevelrestauratie ook toegepast en levert geen schade aan het zandsteen op’, legt Vlaardingerbroek uit. Het zandsteen wordt lichter, maar lang niet zo wit als toen het uit de steengroeve kwam. ‘Als stukken zandsteen of beeldhouwwerk vervangen moeten worden, dan maken we het nieuwe zandsteen donkerder met kleurkrijt. Het geheel moet dezelfde rust gaan uitstralen als de gevels van het paleis nu al doen.’

Vergroot afbeelding Balustrade toren Koninklijk Paleis Amsterdam
Beeld: Tineke Dijkstra
Ook het zandsteen van de balustrade is zwart geworden door vervuiling.

Hergebruik materialen

Duurzaamheid speelt ook een rol bij de dakrenovatie van het iconische rijksmonument. Om de uitstoot op en naar de bouwplaats zoveel mogelijk te beperken, worden de materialen elektrisch of anders op biodiesel aangeleverd en zal een elektrische compressor de pneumatische hamers en beitels aansturen. Daarnaast kunnen de eeuwenoude hoogwaardige materialen grotendeels hergebruikt worden.

‘De leidekker zal de verwijderde dakleien bij andere projecten als reparatielei gebruiken. Wat daar niet bruikbaar voor is, zal als onderlaag voor wegen gebruikt worden.’ Ze eindigen dus niet meer op de stort. Ook het lood op het dak dat aan vervanging toe is, krijgt een nieuwe bestemming. ‘Het wordt omgesmolten om nieuw bladlood te maken’, aldus Vlaardingerbroek.