Stand van de Uitvoering laat knelpunten RVB zien

De opdrachten die het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) uitvoert, worden steeds groter en complexer. En de bekostiging van de opdrachten is niet altijd voldoende. Ook staan externe factoren de productieverhoging in de weg. Het RVB vraagt hiervoor aandacht in het rapport "Stand van de Uitvoering 2025".

Vergroot afbeelding Electrische bouwmachine, Mandemaat, Assen
Beeld: RVB/Jarno Kraayvanger
Bouwplaats Mandemaat 3 in Assen
Vergroot afbeelding
Beeld: RVB/Erik Jansen
Directeur-generaal RVB Yvonne van der Brugge-Wolring

Uitvoeringsorganisaties, zoals het RVB, geven in een Stand van de Uitvoering inzicht in de knelpunten die zij in de uitvoering ervaren en sturen dit naar de Tweede Kamer. In het rapport "Stand van de Uitvoering 2025" staat wat het RVB zelf doet aan deze knelpunten en wat er nodig is van beleidsmakers en de politiek.

Directeur-generaal Yvonne van der Brugge-Wolring: ‘Samen met opdrachtgevers, zoals Defensie en de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), werken we aan de dagelijkse instandhouding en aan grote vernieuwingsopgaven van ons vastgoed. Om aan de grote vraag te voldoen moet de productie van het RVB binnen vijf jaar verdubbelen. Hier werken we hard aan. Ik vind het belangrijk dat we hierover open communiceren.’

Uitdagingen

In de “Stand van de Uitvoering 2025” geeft het RVB inzicht in wat de dagelijkse uitdagingen zijn:

  1. Groei omvang opdrachten
    Naast dat de opdrachten voor het RVB steeds complexer worden, groeit de omvang van de opdrachten. Het RVB moet daarom keuzes maken, want niet alles kan tegelijk. De organisatie is dan ook steeds in gesprek met gebruikers van het rijksvastgoed over hun behoeften en hoe het RVB hieraan kan voldoen.

  2. Onvoldoende middelen
    Opdrachtgevers stellen soms onvoldoende middelen beschikbaar om de noodzakelijke werkzaamheden uit te kunnen voeren. Van der Brugge-Wolring: ‘Om het vastgoed van DJI veilig en leefbaar te houden, hebben we voldoende middelen voor beheer, onderhoud, grootschalige renovatie en nieuwbouw nodig. Samen met DJI hebben we gewerkt aan een claim voor de Voorjaarsnota. Helaas is er niet voldoende financiering voor gekomen.’

  3. Lastige factoren
    Het toenemende aantal opdrachten vraagt van het RVB om de productie te verhogen. Net als bij andere vastgoedeigenaren wordt dit wordt bemoeilijkt door meerdere factoren, zoals vertraagde (natuur)vergunningsprocedures, netcongestie, onvoldoende beschikbaarheid van materialen en grondstoffen én stijgende kosten. Daarnaast heeft de organisatie ook last van de krappe arbeidsmarkt. Van der Brugge-Wolring: ‘Maar natuurlijk kijken we niet alleen naar beleidsdepartementen voor oplossingen. We proberen zelf ook een bijdrage te leveren. Bij het bouwproject Mandemaat 3 in Assen bouwen we op een bijna emissie-vrije bouwplaats met circulaire bouwmaterialen. De lessen die we tijdens de bouw leren nemen we mee in volgende projecten en delen we met beleidsdepartementen en de markt.’